Wat willen we bereiken?
Onze ambitie met de energietransitie is al jaren een veel bediscussieerd thema in de gemeenteraad. Dit wordt de komende jaren niet anders. Via raadsbesluiten is de oorspronkelijke ambitie bijgesteld en vertaald naar concrete doelstellingen. Daarbij sturen we op de samenhang van de 3 verschillende onderdelen: energiebesparing, energieopwekking en warmtetransitie.
RES Noordoost Brabant
De gemeenteraad heeft de RES-opgave geaccepteerd. Onder de voorwaarde dat wij niet meer energie opwekken dan nodig is voor onze eigen gemeente. Als toch wordt gevraagd om meer te doen voor de regio of voor andere gemeenten, behoeft dat een uitspraak van de gemeenteraad.
Voor Oss betekent dat :
- Reductie CO2 emissie : 49% in 2030 in vergelijking tot 1990
- Energietransitie : ons deel van het RES-bod is :
- Besparing : 11% in 2030 in vergelijking tot 2017
- Grootschalige opwekking : 0,93 PJ duurzame energie in 2030; vergund in 2025
- Volledig energieneutraal in 2050
- Warmtetransitie
- 7.500 Aardgasvrije woningen in 2030 en volledig afgekoppeld van het gasnet in 2050
Later dit jaar reageert het kabinet op de ingediende RES-en. Dat kan tot bijstelling van opgaven leiden. Voorzien is nu dat in 2022 wordt gewerkt aan het voorbereiden van RES 2.0 waarin vastgelegd moet worden waar en hoe iedere gemeente haar RES-opgave in gaat vullen. Daarover moet in maart 2023 worden besloten.
We werken aan de volgende doelstelling(en):
- Reductie CO2 emissie : 49% in 2030 in vergelijking tot 1990 (EU fit for 55 -> 55% reductie in 2030)
- Energietransitie : ons deel van het RES-bod is :
- Besparing : 11% in 2030 in vergelijking tot 2017
- Grootschalige opwekking : 0,93 PJ duurzame energie in 2030; vergund in 2025
- Volledig energieneutraal in 2050
- Warmtetransitie
- 7.500 Aardgasvrije woningen in 2030 en volledig afgekoppeld van het gasnet in 2050 (40.000 woningen en enkele duizenden overige gebouwen)
Wat gaan we hiervoor doen?
Activiteit | Wanneer gereed (kwartaal/jaar)? |
---|---|
| Q4/2023 |
| Q4/2022 |
| Q4/2022 |
| Q4/2022 |
| Q4/2022 |
| Q4/2022 |
| Q4/2022 |
Financiën
Onderzoeksrapporten laten steeds weer zien dat de energietransitie in Nederland stagneert. Het beroep dat op gemeenten wordt gedaan, overstijgt de benodigde instrumenten zoals expertise, geld, personele capaciteit en mandaat. Bovendien is de voedingsbodem voor maatregelen bij het publiek en bedrijven maar matig vruchtbaar. Daarvoor zijn krachtigere, eenduidigere en consistentere boodschappen vanuit het Rijk nodig.
Om onze doelstellingen te kunnen realiseren, zijn extra geld en personele capaciteit nodig. Afwachten is wat het Rijk aan extra middelen voor uitvoering van de RES-sen, voor energiebesparing, duurzame opwek en de warmtetransitie gaat bijdragen.
De onzekerheid over de realisatie van windpark Elzenburg/de Geer betekent dat het ongewis is of en zo ja in welke mate wij nog mogen rekenen op vergoeding van de gedane voorinvestering en middelen uit het Duurzaamheidsfonds waar wij eerder vanuit zijn gegaan.
Voor wat betreft de personele capaciteit moeten we er rekening mee houden dat het hier om nieuwe uitdagingen gaat waarmee in gemeenteland nog weinig ervaring is opgedaan en dat de arbeidsmarkt ook op energiegebied overspannen is.
Zonder nationale bijdragen en subsidies zijn de financiële middelen voor 2022 en de daaropvolgende jaren niet toereikend om de ingezette projecten op het gebied van energiebesparing, duurzame opwek en warmtetransitie te kunnen bekostigen. Voor alle drie onderdelen betreft dit verplichtingen waarvan de definitieve omvang van de begrotingsclaim afhankelijk is van de keuze die de Raad maakt met betrekking tot het ambitieniveau dat gerealiseerd dient te worden.
We storten daarom in 2022 extra geld in het investeringsfonds Duurzaamheid en nemen vanaf 2022 2,5 fte en vervolgens 3,5 fte jaarlijks extra op. Dit is nodig om onze ambities te kunnen realiseren (zie ook het hoofdstuk Versterking van de organisatie.