Wat willen we bereiken?
Grondstoffen worden schaarser en afval wordt duurder. We richten ons op vermindering en hergebruik van grondstoffen en het toegroeien naar een meer circulaire economie waarin reststoffen opnieuw worden gebruikt. Het streven naar een circulaire economie is nauw verbonden met andere klimaatopgaven gericht op het terugdringen van onze footprint op natuur en milieu, waaronder de vermindering van de uitstoot van CO2. Wij richten ons in onze afvalaanpak op alle stadia: van de bron tot en met de eindbestemming. Daarbij hanteren wij de zogenaamde ‘Ladder van Lansink’. Dit is een ‘afvalhiërarchie’, waarbij we inzetten op achtereenvolgens: minder gebruik, hergebruik, recycling, energie, verbranden en storten.
Een belangrijke prioriteit is het verminderen van het huishoudelijk afval om onze footprint terug te dringen en om financiële redenen. De kosten van afvalverwerking zijn sterk toegenomen. Dit heeft ertoe geleid dat onze afvaltarieven de laatste jaren niet meer kostendekkend waren met forse tekorten als gevolg. In september 2020 heeft de gemeenteraad besloten tot een nieuwe aanpak van huishoudelijk afval. Daarmee werken we stapsgewijs toe naar een bestendig inzamelsysteem om de landelijke afvaldoelstellingen te halen en de tarieven weer kostendekkend te laten zijn. We willen we alsnog zo snel mogelijk dichtbij de landelijke afvaldoelstellingen komen voor 2020 (100 kg restafval per inwoner per jaar en 75% afvalscheiding) en bij de norm voor 2025 van 30 kg restafval per inwoner per jaar en 85% afvalscheiding. En een nieuwe invulling van “de vervuiler betaalt-tarifering” is gericht op kostendekkendheid van de afvalstoffenheffing.
We streven daarbij naar een zo hoog mogelijk milieurendement en een goed serviceniveau voor onze burgers, tegen zo laag mogelijke kosten met kostendekkende tarieven. Dit doen we door het ontstaan van afval te beperken en zoveel mogelijk in te zetten op afvalscheiding en afval geschikt te maken voor recycling en hergebruik. Hier levert het nieuwe duurzaamheidsplein Oss een belangrijke bijdrage aan. Om tot het gewenste resultaat te komen, bouwen we gewenst-gedragsbevorderende en financiële prikkels in. Daarin trekken we lering uit andere gemeenten die daar al ervaring mee hebben opgedaan.
Per 1 januari 2022 voeren we een vorm van Diftar in met betaling per lediging. Daarnaast gaan we de pilot 2-2-2 uitvoeren. Ter voorbereiding op de verandering in 2022 hebben we in 2021 een nieuw ophaalsysteem ingevoerd en de tarieven van de milieustraat meer marktconform gemaakt. Dit heeft naast positieve resultaten ook tot te verwachten negatieve neveneffecten geleid die we zo goed mogelijk hebben proberen op te lossen. Op basis van de eerste signalen van 2021 is de financiële prognose voor 2022, dat de begroting voor afval lager zou kunnen gaan uitvallen.
We richten ons niet alleen op huishoudelijk afval, maar nadrukkelijk ook op het bedrijfsleven dat zowel aan het begin van de materiaalketen als aan het einde daarvan de grootste invloed heeft (zie hiervoor uitwerking in het programma 6. Vitale Economie).
Voor de lange termijn beraden we ons op maatregelen om in te spelen op de veranderingen die zich aftekenen in de wereld van afvalverwerking. In samenwerking met de gemeenten ’s-Hertogenbosch, Eindhoven, Helmond, Valkenswaard, Geldrop-Mierlo en Meijerijstad en de provincie Noord-Brabant werken we aan een verkennend onderzoek naar de mogelijkheden van nascheiding als aanvulling op bronscheiding. We doen dit onder het motto "Bronscheiding waar het kan, nascheiding waar het moet". Dit richt zich met name op restafval afkomstig uit hoogbouw en stedelijke gebieden. Gelet op de huidige marktomstandigheden wordt gekeken naar een eventuele exploitatie en realisatie van een nascheidingsinstallatie (NSI) in Oost-Brabant. De eerste gedachten zijn dat met nascheiding zo’n 15-30% meer herbruikbare grondstoffen kunnen worden gerealiseerd.
We werken aan de volgende doelstelling(en):
- Het verminderen van het gebruik van grondstoffen en afval en het behalen van de landelijke afvaldoelstellingen. Voor 2020 (75% afvalscheiding en maximaal 100 kilo restafval per inwoner per jaar) en voor 2025 (85% afvalscheiding en 30 kg restafval per inwoner per jaar)
- We streven daarbij naar een zo hoog mogelijk milieurendement en een goed serviceniveau voor onze burgers, tegen zo laag mogelijke kosten met kostendekkende tarieven
Wat gaan we hiervoor doen?
Activiteit | Wanneer gereed (kwartaal/jaar)? |
---|---|
| Geheel 2022 |
| Geheel 2022 |
| Geheel 2022 |
| Q1/2022 |
| Geheel 2022 |
| Geheel 2022 |
| Q4/2022 |
| Continu |
| Continu |
| Continu |